Eisen bij grensverkeer versoepeld voor taxichauffeurs

Taxichauffeurs die een ritje over de grens hebben, hoeven niet langer een verklaring op eer bij zich te dragen waarin de noodzaak van hun reis bevestigd wordt. Dat is het gevolg van een versoepeling van de coronamaatregelen die recent werden doorgevoerd.

Vanaf nu moeten alleen passagiers deze verklaring nog bij zich hebben, schrijft taxifederatie GTL in een nieuwsbrief aan haar leden. De organisatie benadrukt dat de taxichauffeur verplicht blijft om bij de aanvang van de rit te controleren of de passagier in bezit is van het document dat aantoont dat het om een essentiële rit gaat.

Eind vorige maand werden restricties ingevoerd voor het internationale verkeer, waar ook de taxisector mee te maken kreeg. Om de verspreiding van het coronavirus in te dammen, werden niet-essentiële internationale reizen verboden. Zowel taxichauffeurs als passagiers moesten een verklaring op eer ondertekenen waarin werd bevestigd dat zij een essentiële verplaatsing uitvoeren.

Geldige verplaatsing passagier

Voor taxichauffeurs is deze verplichting nu dus geannuleerd. Omdat het vervoer van een passagier die een noodzakelijk verplaatsing doet al gezien werd als een geldige verplaatsing voor de chauffeur, was deze verklaring niet meer dan een bureaucratische futiliteit. De taxi- of VVB-chauffeur moet wel kunnen aantonen dat hij aan het werk is.

Onder essentiële reizen vallen onder meer verkeer om medische redenen, verkeer van bewoners in de grensregio, verkeer om professionele reden en dwingende gezinsredenen. De maatregelen golden in eerste instantie tot en met 1 maart, maar werden recent verlengd tot april.